Nederlandse sprintsensatie wordt niet de nieuwe Boonen, maar vloerde hem wel: "Ik zag hem denken: Wat is dit voor een gast?"

Als belofte won de inmiddels 24-jarige Groenewegen de Ronde van Vlaanderen. De Nederlandse spurtbom houdt van de Vlaamse klassiekers. "Ik rijd supergraag die koersen in België, die sfeer vind je nergens anders. In mijn debuutjaar bij de profs, bij Roompot, zat ik in de vroege ontsnapping in de Ronde. Dat vergeet ik nooit: wat een sfeer. Maar sprinten is nu eenmaal mijn sterke punt en daar train ik specifiek op. In de toekomst moeten we het nog eens bekijken."

Gent-Wevelgem

Groenewegen beseft namelijk dat hij nog wat volume moet kweken. "In klassiekers tot 200 kilometer kan ik nog mee, dat bewees ik door Kuurne-Brussel-Kuurne te winnen. Maar in lange, zware wedstrijden als Gent-Wevelgem kom ik tekort. Sprinters als ­Démare kunnen dat al aan, maar ik heb nog te weinig inhoud. Op termijn zal dat wel verbeteren, maar nu train ik nog te veel op de spurt. De Tour is dan weer een van de grote doelen dit jaar."

De nieuwe Tom Boonen kunnen we Groenewegen dus niet noemen. "Neen, maar toen ik hem in 2015 klopte in Parijs-Brussels, was dat wel een grote verrassing. Het was pas mijn tweede prof­zege. De grote Boonen kloppen in eigen land… Hij was geschrokken en ik zag hem denken: Wat is dit voor een gast? Het was ook een mooie sprint van mij."