Ploegdokters van Lotto Soudal en Wanty-Gobert hebben opvallende verklaring waarom er zo weinig gevallen wordt in deze Tour

De 63-jarige Joost De Maeseneer is de ploegdokter van Wanty-Gobert. In het verleden werkte hij ook voor Astana en CSC. "Ik mag zeggen dat ik wat Tours heb gedaan in mijn carrière. En nog nooit heb ik zo weinig val­partijen gezien", vertelt hij in Het Nieuwsblad. "Ik herinner me één jaar met CSC in het bijzonder: etappe één en vijf van onze negen renners lagen op de grond."

Geen misbruik meer

"De eerste week plak je de renners normaal helemaal vol. Nu, nog niks. Iemand moet er maar eens een wetenschappelijke studie van maken, maar twee uitvallers na vijf ­dagen koers, zou dat al vaak zijn voorgevallen?" Volgens De Maeseneer ligt het aan het verbod op Tramadol. "De misbruiken van vroeger zijn eruit. En dat verklaart mee waarom er zo weinig wordt gevallen", klinkt het. 

Ook zijn collega Servaas Bingé (Lotto Soudal) volgt die mening. "Het verbod op Tramadol zal ermee te maken ­hebben. Er wordt in deze Tour veel op gecontroleerd. Aan de ­dopingcontrole hangen altijd twee lijsten uit: één met de ­namen voor de traditionele ­controle, een andere met de ­renners die specifiek op tramadol worden gecontroleerd. Dat zijn er elke dag zes tot tien."

Tramadol is een pijnstiller, maar het zorgt er ook voor dat je suffer kan worden. "Het is nooit bewezen dat ­tramadol rechtstreeks valpartijen veroorzaakt", aldus Bingé. "Maar het is een ‘opioïde’ pijnstiller, ­analoog aan morfine. Het heeft een sederend effect: op de bij­sluiter staat letterlijk dat je geen voertuig of machine mag ­besturen als je het hebt in­genomen."

Stuyven niet akkoord

Jasper Stuyven (Trek-Segafredo) volgt de argumentatie van beide teamdokters niet. "Het product is al het hele jaar verboden en er zijn al het hele jaar valpartijen. Nu in de Tour is het minder en dan zou dat meteen aan tramadol liggen? Ik ga niet akkoord", aldus de Leuvenaar.