WK voor junioren leert ons aantal dingen en het is alleen maar goed voor de Belgen

Ten eerste: een sterk blok kan een verschil maken en dat is meteen uitstekend nieuws voor onze Belgische nationale ploeg. Weinig naties kunnen in de breedte zo sterk voor de dag komen als België. Dat het maken van de selectie de bondscoach voor moeilijke keuzes stelde, zegt genoeg. Het ploegenspel zal echt wel van belang zijn zondag.

Wel daarbij die kanttekening plaatsen: Amerika had naast een sterk blok bij de junioren ook de twee beste renners in koers. Philippe Gilbert en Greg Van Avermaet mogen dan wel in goede vorm verkeren, zij zullen niet zo'n overmacht hebben ten opzichte van de andere favorieten. De heren Van der Poel en Alaphilippe en daarnaast nog andere Sagans zullen ook wel iets in de pap te brokken hebben.

MEERDERE SCHIFTINGEN

Daarom is het ook wel goed dat het mogelijk is om als ploeg er een harde koers van te maken. Zodat er stelselmatig meer schiftingen worden doorgevoerd. België is er sterk genoeg voor en het WK bij de junioren heeft aangetoond dat zo'n aanpak zijn effect niet mist, als er vroeg genoeg aan begonnen kan worden.

Wat natuurlijk niet wil zeggen dat we vanaf kilometer nul met zijn achten op kop van het peloton moeten beginnen beuken. Dat is iets heel anders. Maar op de oplopende stroken moet Verbrugghe geen schrik hebben om al vroeg een paar pionnen, ook al hebben die een zekere naam, in te zetten om er zo een uitputtingsslag van te maken.

PARCOURS LASTIG GENOEG

Het parcours is lastig genoeg om het verschil te maken. Een sprint van een grote groep moet gerust vermeden kunnen worden. Een Ackermann bijvoorbeeld moet je eraf kunnen gooien. Dat mag dan wel een harde kerel zijn, zo'n sprinter moet je kunnen lossen als het echt zwaar wordt. En dan is het hopen dat de kopmannen in de finale hun moment weten te kiezen.