Analyse Giro-organisator volgt niet de weg van andere grote ronden en waagt zich zo toch aan kleine gok

Giro-organisator volgt niet de weg van andere grote ronden en waagt zich zo toch aan kleine gok

Volg Wielerkrant nu via Instagram!

Iedereen weet nu waar hij zich aan mag verwachten in de Ronde van Italië. Zowel klimmers als tijdrijders kunnen hun ding doen, wat dat betreft beantwoordt de Giro 2020 aan het profiel van een grote ronde. Maar er zijn toch wel enkele verschillen met de andere grote ronden.

De Giro telt drie tijdritten, wat tegenwoordig bijzonder veel is in een grote ronde. In de afsluitende tijdrit naar Milaan zal er niet al te veel bewegen, maar de twee andere tijdritten lopen niet enkel over vlakke wegen. Op de openingsdag moet een klimmetje aan het einde in Boedapest voor een uitdagende factor zorgen en de veertiende rit is al helemaal een zware tijdrit. Ook de klimmerstypes zullen daar hun mannetje staan.

Een eerste bizar gegeven tussendoor is de verhuis van Hongarije naar Italië zonder rustdag. Aangezien er daar geen rustdag is, mochten de renners de dagen erna toch een iets gemakkelijker parcours voorgeschoteld krijgen. De ritten die volgen zijn dan wel kort, maar de vijfde etappe met aankomst boven op de Etna belooft wel in de benen te kruipen.

EERBETOON AAN PANTANI

Ook de twee volgende dagen is het nog geregeld op en af, alvorens met twee vlakke etappes richting eerste rustdag te trekken. Nadien volgt een eerbetoon aan Marco Pantani met de aankomst van een sprintersetappe in Rimini, de plaats waar zijn leven beëindigd werd. De volgende dag is er dan weer een erg geaccidenteerde rit van en naar Cesenatico.

Ook de dagen hierna staan er nog erg pittige, heuvelachtige ritten op het programma. Tijdens de tweede tijdrit en op de aankomst boven op Piancavallo kunnen de klassmentsmannen zich zeker niet wegsteken. Dat is nog maar een voorsmaakje van wat na de tweede rustdag volt: bergen, bergen en nog eens bergen.

OMWEG VIA FRANKRIJK

Er is de aankomst op Madonna di Campliglio, de passage over de Stelvio - het dak van de Giro en tevens de plaats waar De Gendt al eens won - en het peloton moet ook nog over de Col d'Izoard alvorens Sestrières te bereiken. Het is nochtans al gebleken dat korte, intensieve bergritten de spektakelwaarde ook ten goede kunnen komen. De organisatie van de Giro gaat echter voor een uitputtingsslag bergop.

Kortom: het belooft weer een erg zware Giro te worden, wat eigenlijk altijd het geval is, maar in 2020 mogelijk nog dat tikkeltje meer. Men kiest ook voor een grote af te leggen afstand in de slotweek. Het zal nog maar moeten blijken of dat de animo in de koers ten goede komt, of de renners voordien hun krachten sparen. Een kleine gok dus toch wel van de Giro-organisatie. Antwoord in mei 2020.

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Nieuwste reacties