Voorstel over aanpassing van startgelden hakt er ferm in: "Een andere keuze hebben we niet, het gaat om het overleven van de sport"
Foto: © photonews
Volg Wielerkrant nu via WhatsApp!
De coronacrisis heeft een grote financiële impact op de sportwereld en dat is zeker in een iets kleinere sport als het veldrijden het geval. Zo trekken de organisatoren de broeksriem aan.
In het najaar zal er namelijk flink gesnoeid worden in de startgelden. Zo zal de hoogte van het bedrag afhankelijk zijn van de plaats op de UCI-ranking.
De top drie krijgt een vergoeding van duizend euro. De nummers vier tot zes moeten het doen met vijfhonderd euro, van zeven tot tien krijgen ze driehonderd euro en al wie buiten de top tien valt, moet het rooien met honderdvijftig euro.
Om het verlies voor de renners deels te compenseren, wordt het prijzengeld wel opgetrokken. Maar het veldrijden moet dus de tering naar de nering zetten want ze zullen vooral de inkomsten uit het publiek (gedeeltelijk) zien wegvallen.
"Een andere keuze hebben we niet”, reageert Koen Monu namens de organisatoren. “Het gaat om het overleven van de sport.”
Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief