(Ervarings)experten spreken zich uit over blessure Remco Evenepoel: "Er is maar één juiste weg"
Foto: © photonews
Volg Wielerkrant nu via Instagram!
Het belooft voor Remco Evenepoel geen evidente weg terug naar zijn oude vorm te worden. Van een schaambeenbreuk herstel je niet zomaar. Kris Van Der Mieren en Bert Roesems hebben er wel enig inzicht in. Van Der Mieren is dokter bij Belgian Cycling, Roesems brak zelf ook eens zijn schaambeen.
Een schaambeenbreuk is een test voor het hele lichaam. "Het schaambeen en de andere botjes in het bekken hangen langs alle kanten vast aan ligamenten, die op hun beurt uitlopers zijn van spieren. Een atleet traint en activeert zijn 'core stability-spieren'. Alles wat zich tussen navel en bovenbeenderen situeert, de kern van het lichaam. Precies dat is moeilijk in te schatten, hoe ver je daarin kan gaan", zegt Van Der Mieren in HLN.
'BRUGGETJES'
De bondsdokter verklaart ook waarom het herstel zo veel tijd in beslag kan nemen. "In het lichaam vormen zich eerst kleine, vervolgens wat grotere 'bruggetjes', die de kloof met normaal bot proberen te overbruggen. Bij naschokken, als de atleet blijft bewegen, worden die 'bruggetjes' zwaar op de proef gesteld en kunnen ze opnieuw breken."
De prioriteit voor Evenepoel is duidelijk: voldoende rust nemen. "Remco heeft een prachtcarrière voor de boeg. Maar zelfs met zijn gigantisch talent moet hij over zijn volle capaciteiten kunnen beschikken. Die paar maanden meer of minder maken in het licht van een hele loopbaan niks uit. Er is maar één juiste weg: die van de volledige genezing."
Bert Roesems brak zijn schaambeen bij een val in de Vuelta van 2007. "De hele spierzone in die getroffen zone was een complex gegeven geworden. Van efficiënt koersen was geen sprake meer." Al benadrukt hij wel dat zijn situatie op zichzelf staat. "Met Remco komt het wel goed. Ik praat louter uit eigen ervaring."
REFLEX VAN EEN TOPSPORTER
Wel herkent hij zich in het gegeven van te snel of te veel trainen tijdens een herstel, zoals bij Evenepoel mogelijk het geval is geweest. "Wat is de reflex van een topsporter als die voelt dat iets niet lukt? Trainen! Werken! Méér, harder, feller. Als het volume niet toereikend is, drijf je het op. Je duwt de pijn verstandelijk weg. Terwijl het puur biomechanisch niet kan. Niet mag."
Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief