Analyse Het veldrijden in België: heel veel succes bij de mannen, amper bij de vrouwen en dat lijkt niet meteen te veranderen
Foto: © photonews
Volg Wielerkrant nu via Instagram!
België behaalde al heel veel successen in het veldrijden bij de mannen, maar bij de vrouwen is dat anders. Daar kenden we nog maar weinig succes en dat lijkt niet meteen te veranderen.
Al decennia behoren de Belgen bij de mannen bij de beste veldrijders. Goed voor vele wereldtitels en zeges in de wereldbeker. Dat staat in schril contrast met de vrouwen. Daar is er dominantie van de Nederlandse vrouwen en is het zoeken naar een Belgische.
Sanne Cant is een uitzondering daarop. Zij won in haar carrière al 11 wereldbekermanches. Ook pakte ze in 2017, 2018 en 2019 de regenboogtrui. Ze stond toen samen met de Nederlandse dames aan de top, maar ondertussen is er voor haar ook eerder een figurantenrol weggelegd.
Na de succesvolle periode van Cant zien we nauwelijks een Belgische voorin rijden. Het ziet er ook niet meteen aan te komen dat dat op korte termijn zal veranderen. De meeste rensters zijn toch al ruim de 20 jaar gepasseerd. Enkel Marion Norbert-Riberolle heeft met haar 23 jaar nog wat jeugd mee, maar ze kon dit seizoen nog geen top 10 in een wereldbekerwedstrijd rijden.
TALENT BIJ DE JUNIOREN
Bij de beloften lijkt er ook niet meteen iets aan te komen. Op het EK in Namen was Kiona Crabbé de beste Belgische. Ze eindigde op plaats 16 en op meer dan 6 minuten. Bij de junioren lijkt er met Xaydée Van Sinaey wel talent op komst te zijn. Ze eindigde 3e op het EK bij de junioren. Ook is er nog Fleur Moors. In Tabor werd ze 3e en in Maasmechelen 2e. Afgelopen weekend werd ze in Merksplas nog 13e tussen de profs.
Van Sinaey en Moors zijn nog erg jong en moeten nog verder groeien. Het valt dus af te wachten of ze uiteindelijk bij de profs tot de top zullen behoren. Hun resultaten zijn alleszins al veelbelovend. Anders zal België nog wat langer op een opvolgster van Cant moeten wachten.
Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief