Organisatoren WK veldrijden 2019 hebben nog werk voor de boeg

Een idyllische plek vlak aan de zee, met een prachtig uitzicht en amper een wolkje te bespeuren. Pal in het centrum van Denemarken. In Bogense vond zondag de generale repetitie plaats voor het WK dat er in 2019 georganiseerd zal worden. Maar de organisatoren hebben nog werk aan de winkel. Dat mag meer dan duidelijk zijn.

Na de Wereldbeker van zondag waren niet alle renners tevreden over de wedstrijd in Bogense. Om verscheidene redenen. Eerst en vooral bleek het meer om een loopcross te gaan dan de meeste renners lief was. De renners moesten te veel van de fiets. Te veel delen van het parcours waren, zeker in alle drukte, te moeilijk om op de fiets te blijven. En dat maakte het soms toch wat spijtig.

Bovendien gingen de fietsen van heel wat crossers, denk maar aan Toon Aerts en Michael Vanthourenhout, alle kanten uit bij de loopgedeeltes. Qua opkomst was er niet heel veel enthousiasme. Ook niet onlogisch in een niet-crossland zoals Denemarken. Dit maakt nu eenmaal onderdeel uit van de internationalisering van het veldrijden en kan alleen maar toegejuicht worden. 

IJskoude douche

Bovendien kregen ze op het lange rechte stuk aan zee ook nog eens af en toe een ijskoude douche - letterlijk dan - te verwerken. Mooi, dat wel, maar gelukkig hebben de Denen nog meer dan een jaar om er een echt WK van te maken.