29-jarige ploegmaat van Mathieu van der Poel breekt eindelijk door: "Ik ben de klimversie van Ludo Dierckxsens"

Terwijl de drie bovengenoemde renners uit 1989 momenteel furore maken in de WorldTour, brak de nu 29-jarige Janssens nooit echt door. "Door een stommiteit. Ik was eerstejaars belofte en leerde het uitgaansleven kennen", vertelt hij in Het Nieuwsblad. "Plezant, dat pintelieren, maar onmogelijk te combineren met de koers."

Janssens stopte zelfs met koersen om twee jaar later opnieuw terug te keren in het peloton. "De opgelopen achterstand maakte ik maar traag goed", aldus Janssens die bij kleinere ploegjes als Palmars-Cras en Team 3M terechtkwam. Zonder profcontract. 

Technieker om rond te komen

"Om rond te komen, ben ik nog een tijdje technieker geweest. Nadien koos ik bij de VDAB de opleiding 'wielrenner'. Helaas koersten we toen voornamelijk rond de Vlaamse kerktoren of in de vlaktes van Nederland. Als klimmer werd ik daar weggewaaid. Toch waren er wel een paar profploegen geïnteresseerd, maar telkens greep ik ernaast", aldus Janssens. 

Tot vorig jaar de grote doorbraak kwam. Toen won hij in de kleuren van Cibel-Cebon een rit in de Flèche du Sud en legde hij beslag op een ereplaats in de Tour du Finistère. Enkele maanden later volgde er een transfer naar Corendon-Circus. 

Dierckxsens

"Ik ben hen ontzettend dankbaar voor deze kans. Iemand nog durven lanceren op zijn 29ste, dat ligt niet voor de hand. Ik ben wat dat betreft een beetje zoals Ludo Dierckxsens. Alleen was hij meer een kasseistoemper. Ik ben eerder zijn klimversie", besluit hij.