IJzersterke Philipsen verklaart onstuitbare aanvalslust en hoe hij concurrenten als Kooij en Lampaert moest inschatten
Foto: © photonews
Volg Wielerkrant nu via Instagram!
Wow! Een echt wel ijzersterke Jasper Philipsen versloeg concurrenten als Olav Kooij en Yves Lampaert in de Classic Brugge-De Panne. Een zege van Philipsen komt niet zo onverwacht, de manier waarop is wel indrukwekkend.
Philipsen was immers de beste onderweg. Kan hij na zo'n demonstratie eigenlijk nog een sprinter genoemd worden? "Ik ben nog altijd een sprinter. Ik heb gewoon een goede stage en voorbereiding gehad. De Tirreno had ik echt nog nodig om een extra stapje vooruit te zetten, want in het Vlaamse openingsweekend had ik niet veel overschot."
Echt wel indrukwekkend hoe Philipsen meermaals de koers deed ontploffen. "Dat ik alles bepaald heb? Alles is een groot woord. Aan de start hadden we al beslist dat we de koers in handen zouden nemen, want het was duidelijk dat het toch geen massasprint ging worden."
BETER ZELF FORCING VOEREN
"We konden beter zelf de forcing voeren, want je moest toch vooraan zitten in De Moeren en dan is het praktisch doorzetten tot het einde", zo redeneerde de 'Vlam van Ham'. "We geraakten voorop met een sterke groep en de meeste snelle mannen waren er nog bij. Ik wist dat ik nog een sprint in de benen had."
Al is niets gegarandeerd. "Ik zat nog niet op de limiet, maar bij het aanzetten van de sprint voelde ik wel dat ik al hard gereden had. Of ik geen schrik had voor een uitval van Lampaert of om geklopt te worden door Kooij in de sprint? Ja, dat wel. Je kunt enkel je eigen benen aanvoelen, niet die van de anderen."
NA PODIUMPLEK NU OOK DE ZEGE
En hoeveel die anderen over hebben, dat zie je pas aan de finish. Daar bleek vooral dat Philipsen eens te meer de sterkste was. Speciaal toch deze zege in Brugge-De Panne, na zijn podumplek in 2018. "Het was de eerste keer dat ik echt kon meedoen tegen de grote sprinters. Dat is ook al een tijdje geleden, vijf jaar namelijk."
Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief