Lotte Kopecky tempert de verwachtingen en zegt wat de problemen zijn
Foto: © photonews
Volg Wielerkrant nu via Instagram!
Belgian Cycling gaf maandag voor het eerst uitleg over de Olympische Spelen. Ook Lotte Kopecky was van de partij.
De verwachtingen bij het grote publiek zijn hooggespannen voor de Olympische Spelen. Niet alleen van de mannen wordt veel verwacht, maar ook van Lotte Kopecky.
Over olympisch goud wil onze landgenote nog helemaal niet spreken. “Laat ons zeggen dat ik voor een medaille ga. Het blijft koers. En dat is een hoogst onvoorspelbare sport”, klinkt het.
Of ze op 27 juli aan de tijdrit zal deelnemen is nog niet duidelijk. Het is een optie, want er is voldoende tijd tussen met de wegrit die op 4 augustus gereden wordt. En die is echt wel de prioriteit voor de regerende wereldkampioene.
Kopecky wil uitpakken op Olympische Spelen
Het parcours zint haar alvast wel. “Het is draaien, keren, kasseien, gevolgd door een technische afdaling. Het is een goede helling voor de finale van een wedstrijd die zich als een soort klassieker aandient. Op zich is het een parcours waarop er verschillen kunnen gemaakt worden.”
Al zijn er ook de nodige struikelblokken. “Ook al omdat er maximaal maar vier rensters per land startgerechtigd zijn. Het wordt een heel andere wedstrijd. Deze olympische koers valt met geen andere te vergelijken. Het zal tactisch lastig zijn. Een wedstrijd die moeilijk te controleren valt.”
“Het is anders dan dat je met zes, zeven of acht rensters aan de start staat”, gaat Kopecky verder. “Ik denk dat iedereen ondertussen de les van Tokio heeft onthouden, toen één renster al onmiddellijk vertrok. De vorige keer startte Nederland met vier kopvrouwen, maar ik denk niet dat dit voor herhaling vatbaar is.”
Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief